Zwartrijder

Vandaag was het weer zo’n rare dag. Slecht weer, sneeuw, wind en koud.

Ik was samen met een conductrice en we moesten de internationale trein richting Basel rijden van Amsterdam tot Arnhem.
Het was koud en de batterijen zijn dan nogal snel uitgeput en voordat de asgenerator de boel weer heeft opgeladen rijd je vaak tot Utrecht met alleen de noodverlichting aan en dat is tamelijk donker.

Een reizigster vertelde dat ze in Amsterdam al was lastig gevallen door iemand die om geld vroeg maar daar kijken we niet meer van op. Vaak lopen deze figuren op het station door de trein en als ze kans zien om een stuk bagage te stelen zullen ze het niet laten. Maar goed, als we dit heerschap tegenkomen zullen we zien hoe de vork in de steel zit. Verderop kwamen we mister x tegen en daar werden we helemaal flauw van. Dit heerschap presteert het om iedere keer in de Eurocity te duiken en gratis mee te rijden want de trein kan toch nergens stoppen. Dit was al de tweede keer deze week dat ik hem in de trein trof. Hij liet weer een heel stapeltje uitstellen van betaling zien en zei dat hij er weer een nodig had. Hier wordt je vaak niet goed van, iemand die het de gewoonste zaak van de wereld vindt om gratis te reizen en weet dat we in werkelijkheid machteloos zijn, we zijn alleen maar weer veel tijd kwijt een proces verbaal uit te schrijven. Na verloop van tijd stapelen deze dingen zich op en gaat er een incassobureau aan de gang om te proberen het geld te innen. Het enige waar je zo iemand direct mee kan pakken is de trein stoppen en hem er uit gooien. Dit is ten strengste verboden maar nood breekt wet en het lucht op.

Even de machinist opgeroepen en die wist nog wel een leuk plekje, nl op een overweg tussen Abcoude en Breukelen. Tot zolang maar even in de coupé ernaast wachten. Maar zoals gezegd, de verlichting was kapot en mijn collega ging de coupé in denkende dat deze leeg was. Laat er nu een neger inzitten die met een zwaai zijn kaart liet zien. Ze schrok geweldig, gaf een gil, stuiterde achteruit de gang op en stootte haar hoofd tegen het raam. Dit kon er ook nog wel bij. De trein ging langzamer rijden en we sommeerden de man de trein te verlaten. Tot mijn verbazing zei hij ja en liep mee. Toen we stilstonden deden we de deur open en maakte hij aanstalten de trein te verlaten. Maar bij het zien van de vallende sneeuw en het verlaten landschap verschoot hij en zei: ‘nee van mijn leven niet, ik blijf hier’. Dan maar een beetje kracht gebruiken want gaat het niet goedschiks dan maar kwaadschiks. We begonnen aan hem te sjorren en te trekken maar hij was een kop groter en begon zich uit alle macht aan de deurgrepen en uitsteeksels vast te houden. Er zat geen beweging in en zelfs met het optillen van zijn benen lukte het nog niet om hem naar buiten te krijgen. Zo kon het niet langer. We hadden weliswaar rijtijd genoeg maar je moet aan de achterop komende treinen denken zodat die geen vertraging oplopen.

Dan maar weer verder en zien dat we hem overgeven aan de spoorwegpolitie in Utrecht. Daar stonden ze ons al op te wachten en bij het zien van de zwartrijder begonnen ze al met ‘he Sjakie, jij weer’? Ten teken dat het een goede bekende van hen was. Het enige wat zij konden doen was het natrekken van zijn gegevens en een poosje vasthouden. Hopelijk zijn we nu een tijdje van hem verlost.

Geef een reactie